Bij mij op de piano ligt sinds vaderdag een heel bijzonder boek. De juiste boom voor elke tuin van Bioloog en emeritus professor aan de KU Leuven Martin Hermy. Dit boek is een absolute aanrader voor al wie in de bijzondere wereld van bomen wil worden ingewijd.
Mijn bewondering voor Martin is groot, maar wellicht lang niet zo groot als het hart van deze groendeskundige dat klopt voor natuur. Hiervoor overigens mijn oprechte dank!
Bekijk hieronder ook zeker een video waarin de professor tekst en uitleg geeft betreffende de noodzaak van bomen. Een aanrader voor wie dit aanbelangt.
Een herbevestiging van een onderliggende ergernis, zo merk ik in deze paasvakantie. Ik onderken al lang een dieper gevoel dat er iets niet volledig pluis is bij wat ik voel wanneer ik aan het wandelen ben of anderen zie wandelen.
Een eerdere keer dat ik werd overvallen door zo’n sterke gelijkaardige emotie was ongeveer een jaar geleden toen ik met de wagen langs het Zoniënwoud reed en er een grote groep ouderen met een fluohesje zag lopen. Allemaal in oplichtend oranje, op 1,5 m exact uit elkaar, net een fluo wolk in het bos.
De voorlaatste keer dat ditzelfde gevoel me overviel ervoer ik een sterk sentiment. Dat was op zondag 7 februari. Die dag vond ik een lotgenoot in Fleur Van Groningen. Bij Touché op Radio 1 reageerde ze met woorden die voor mij zeer herkenbaar zijn. Vooral een deel van het antwoord van Fleur op een vraag van Friedl’ Lesage beroerde me.
“…, maar nu zijn er zoveel mensen aan het wandelen dat ik er wel stress van krijg – van al die flashy anoraks overal – je hebt ook mensen die wandelen met een luidspreker, muziek op – daar wordt ik ook knettergek van.”
Fleur Van Groningen
De optelsom van mijn laatste drie emotionele ervaringen op dit vlak katapulteert me terug in de tijd naar het moment dat ik onderstaande bedenking maakte.
Veel te vaak beseffen we te weinig dat de mens deel uitmaakt van zijn omgeving, zijn landschap. Worden we geconfronteerd met personen die duidelijk geen natuur meer zijn, op een moment dat we natuur echt nodig hebben, pas dan beseffen we dat er iets mis is.
We zijn een belangrijk onderdeel van onze omgeving, ons landschap. De stukken natuur, alias homo sapiens, zijn zelfs een zeer bepalend deel. En dat, je hoeft maar rond te kijken, heeft zo zijn consequenties.
Filip Meysman, Prof. dr. ir en gewoon hoogleraar binnen het Department Biologie, is trekker van het burgeronderzoek – CurieuzeNeuzen in de Tuin.
Het gaat meebepaald over een project waarmee De Standaarden de Universiteit Antwerpen willen uitvissen hoe we ons eventueel kunnen aanpassen, specifiek via onze tuinen, aan een wereld die kampt met de problematiek van klimaatverandering.
Dit thema staat al even op de internationale agenda. De klimaattuin werd daarbij een hot item. Met de tuintrends van 2021 gaan we zelfs nog een stapje verder. Die tuintrends staan in het teken van wat natuur kan betekenen in de strijd tegen een omgeving die ingrijpend verandert, een omgeving die een negatieve invloed uitoefent op ons mensen en wat er daarnaast evolutionair aan planten en dieren in leeft.
Naast de vele voordelen, die het inrichten van tuinen zoals een klimaattuin bieden, is het maken van de oefening zelf niet vrij van valkuilen. ‘Bezint eer ge begint’, gaat zeker op voor wat de inrichting en benadering van klimaattuinen betreft. Daarover schreven we al eerder hier bij Natuur & Mens. Net als over klimaatdroogte en de problemen die daaruit voortvloeien bij soorten die kampen met een watertekort of de negatieve gevolgen van urbanisatie, door een schaarste aan veerkrachtige gezonde natuur bijvoorbeeld. Wie het boek van Menno Schilthuizen – Darwin in de stad – las en dat naast het – zakboek voor de klimaattuin – van Marc Verachtert en Bart Verelst legt begrijpt bovendien dat elke benadering een geheel andere consequentie heeft.
Het wordt dus gegarandeerd een uitdaging om een passend antwoord te formuleren op het klimaatvraagstuk. Bij Natuur & Mens steunen we alvast volop dit CurieuzeNeuzen-initiatief. Hier meer info over hoe je zelf kan meewerken. Veel succes!
De tuintrends van 2021 laten niets te wensen over. Waarschijnlijk beseffen we voor het eerst in lange tijd collectief dat we als mens horen bij natuur; dat we deel uitmaken van iets dat groter, creatiever en meer grensoverschrijdend is dan verwacht.
Dat we niet los staan van onze omgeving dat is duidelijk, daar heeft Coronavirus SARS-CoV-2 ons ondertussen op gewezen. Lang waanden we ons grotendeels onkwetsbaar. Dat resulteerde in tuinen waarin de natuur ten dienste stond van de mens. Dat wij één, zeer kwetsbaar blijken, en dat we twee, verlangen naar natuur ten tijde van sociaal isolement schudt ons echter wakker.
Meer nood aan natuur vertaalt zich in onze aankopen, onze vrijetijdsbesteding, onze voorkeuren, onze dagdagelijkse beslissingen en in de inrichting van onze onmiddellijke omgeving.
We verwachten in 2021 een opflakkering van vier genres. Vier types van tuinen als natuur.
stadsrimboe of city jungle
Puur stad – puur natuur. Nee, de stadsrimboe/city jungle is geen urban jungle. Het grootste verschil is het feit dat bij de stadsrimboe resoluut gekozen wordt voor een nieuw type natuur. Natuur die aangepast is aan de stad en bestaat uit zowel inheemse als uitheemse preadaptieve soorten. Vrijheid aan natuur!
klimaat-eiland-spot of climate isle space
Geen hitte-eiland, maar een klimaat-eiland-spot. Veel meer dan louter een klimaattuin. Dit is een Klimaattuin 2.1. Een robuuste tuin die in beweging is en de urbane omgeving moeiteloos trotseert.
mens-inclusief (bio)divers’ of human inclusive diversity
Mens-inclusieve (bio)diversiteit. Een samenwerking tussen soorten waarbij klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid en inclusie centraal staan. Een nieuwe kijk op de verhoudingen tussen de mens en zijn omgeving.
ecosysteem-bos of functional woodland
Van urbaan weefsel naar bos. Door samenwerking tussen eigenaars van percelen, door het koppelen van tuinen aan openbare stadsgrond, door aangepaste straat- en tuininrichting. Het nieuwe samen-bos-bouwen volgens het build better-principe (in plaats van build back better)!
Klik hier om te ontdekken waarvoor deze tuinen, volgens de tuintrends van 2021, werkelijk staan.
Mooi klinkt het niet, we moeten natuur dwingen. Denk ik aan natuur, dan hoop ik dat deze vrij kan zijn van menselijke restricties en dwingelandij. Toch is de realiteit vandaag anders.
Hoe dat komt is verklaarbaar. Natuur is reeds te ver heen en de impact van de geciviliseerde mens is enorm belastend. De biodiversiteit en het milieu staan onder buitensporige druk en vele soorten rest enkel nog een schuilplaats. Denk bijvoorbeeld aan een bosrand of een verwilderd plekje in het stadspark; om naar te vluchten, om er op een veilige plek te overleven. Daar wacht een bedreigde soort af, hopend op een kans om ooit terug volwaardig in het ecosysteem te participeren.
Die mogelijkheid kan alleen maar bestaan wanneer een omgeving geschikt is als habitat, als ze correct is opgebouwd, waardoor ze kansen biedt voor een bepaalde soort. Dat gebeurt in vele gevallen, spijtig genoeg, enkel wanneer de mens daarvoor de juiste omstandigheden creëert. Ligt een soort goed in de markt, dan zijn natuurverenigingen er zorgzaam voor, dan is er hoop. Soorten die minder populair of ongewenst zijn, daarvoor is het moeilijker. Zij manoeuvreren veeleer richting exit natuur. Lees verder.
Bomen spelen een belangrijke rol in de vormgeving van de openbare ruimte. Ze zijn sfeerbepalend en dragen in sterke mate bij aan de herkenbaarheid, de vorm en het karakter van plekken, routes en landschappen. Verder zorgen bomen ervoor dat grote lege ruimtes een vriendelijkere en warme uitstraling krijgen.
De checklist bomen in projecten; Gemeente Enschede
Nee, niet Enschede, maar onze hoofdstad Brussel heeft een nieuwe boom. Geen gewone, maar een kerstboom. Een prachtig exemplaar van wel 18m hoog siert, tot 6 januari, de Grote Markt. Dat groen een ruimte maakt of kraakt is in deze een understatement. Dit voelt aan als wintergroene natuur; een huizenhoge kerstboom, die COVID-19 verzacht.
Dat de aanwezigheid van zo’n boom anders aanvoelt hoeft na maanden van strijd met het Coronavirus, waarbij natuur een trouwe bondgenoot bleek, echt niet meer te worden uitgelegd. Nu loofbomen hun blad verliezen verlangen we van een kerstboom dat hij een trouwe vriend of kamergenoot wordt. We verwachten van hem geen babbel, wel dat hij zorgt voor gezelligheid, hoop en sfeer.
Eerlijk, aangekleed met lichtjes en gekroond met een ster, straalt de kerstboom. Zo’n boom is een lichtend baken in de duisternis, voor mij zelfs binnen sociale inclusie. Toch krijg je bij de kerstboom een dubbel gevoel als natuurliefhebber. Al dan niet een (echte) kerstboom in huis of niet; het blijft een moeilijke keuze. Lees verder.
Tuinen onvoorwaardelijk inrichten als pure natuur; die boodschap vangen we hoe langer hoe vaker op. Alle privé-tuinen samen zouden één enorme lap aan bruikbare ruimte kunnen vormen. Toegegeven, dat klinkt velen als muziek in de oren. Op het eerste zicht lijkt dat alleszins een grandioos idee. Nee?
Laat ons van tuinen ‘opnieuw’ natuur maken. De klimaattuin als nieuwe natuur.
Wie vooruit denkt ziet de noodzaak van een sterk netwerk van klimaattuinen die deel uitmaken van een gezondere natuur, een natuur die tal van belangrijke ecosysteemdiensten levert. Voorbeelden daarvan zijn een tuin als onderdeel van een bijenlandschap, een rivierenlandschap, een ecologische parktuin of een netwerk van milieutuinen. Tuinen opnieuw als échte natuur inrichten, zo wordt gesteld, is immers een nood en geen deugd.
Een vriend belde me op. Of ik ‘Ruimte is géén luxegoed’ DS 24.09 gezien had. Nee, dat had ik niet, maar nu was mijn interesse wel gewekt.
Ik zocht de krant van de desbetreffende donderdag in onze krantenmand en las met volle aandacht. In ‘ruimte is geen luxegoed’ steekt Tom Dumez, een stadsgeograaf uit het Antwerpse, een pleidooi af voor de stad en maakt hij zich druk om een artikel dat gaat over het verlangen naar meer groene ruimte en een reportage over tuinen uit de weekendeditie DS 19 september. Deze ruimtelijk planner zegt het geheel te beschouwen als een ongenuanceerd verhaal dat veel te veel contra stad is en mensen aanmoedigt ruimte in te nemen met een privétuin. Ik gaf eerder in een weekendartikel ‘geef ons de ruimte’, waarop Tom Dumez alludeert, mijn mening over het waarom mensen verlangen naar meer natuur en wees op belangrijke tekortkomingen van een stad, zeker nu in coronatijden. Die mening blijf ik toegedaan. Het wegvallen van het sociaal weefsel leidt in een stedelijke context momenteel tot sociaal isolement. Natuur die daar een tegenwicht kan bieden is er te weinig. Kortom, de leefbaarheid van de stad wordt gehypothekeerd.
Op de website van de VRT stond op 13 augustus het volgende te lezen: “De hittegolf van de voorbije week staat nu ook geboekt als “de warmste week” van ons land sinds 1833, sinds de metingen van het KMI in Ukkel.”
Verdorie dacht ik toen, de klimaatverandering eist steeds meer aandacht. Of dit juist is valt te betwisten. Een deel van de eerdere metingen werd geschrapt, zo las ik op 14 augustus, één dag later. Vandaag, meer dan een maand later, de tweede helft van september gepasseerd, gaf het kwik meer dan 25° aan en zitten we weeral met meer dan 10 dagen met absolute droogte.
Eén ding is zeker, het weeral een hele warme week.
Mensen kregen het even zwaar te verduren, net zoals planten en dieren. Wie zwakker staat is gevoelig aan extreme hitte en ook wie geen water meer krijgt gaat dood. Het gevolg; een kleine piek in de coronasterfte die niet in verhouding stond tot de besmettingsgraad, meer dode dieren langs de weg, bomen die het loodje legden… Uitdroging stond daarbij centraal. Zelfs mijn neefje van 8 lag tijdens de hittegolf, enkele dagen, met uitdrogingsverschijnselen aan een baxter in het ziekenhuis. Dat waren bange momenten, dat was schrikken!
De rol van water in de natuur is cruciaal. Zonder water zijn er geen hoogwaardige ecoystemen, is er geen leven, wel een natuurtekort. Het kleinste kind weet dat planten en dieren net als mensen niet overleven zonder. Neem nu bijvoorbeeld een cactus, zelfs daarin zit een flinke dosis water opgeslagen. Dat water wordt overigens door de plant beschermd met stekels, zuren en krachtige alkaloïden. Het lijkt erop dat meneer cactus maar al te best beseft hoe kostbaar dit goedje wel is.
Wat me dan verwondert is het feit dat wij mensen, ondanks onze verstandelijke vermogens, foute beslissingen blijven nemen. Bij bouwwerven worden honderduizenden liters bemalingswater in de riolering geloosd. Om je een idee te geven, dat zijn verschillende zwembaden per dag of zo ’n duizend auto’s die gewassen worden. Moeilijk te begrijpen dat we dit in tijden van droogte blijven tolereren. Solidariteit lijkt voor velen al ver zoek wanneer de buren hun zwembad vullen tijdens de hittegolf. Typisch menselijk zeker; de ene staat zijn auto te wassen met drinkbaar water, de andere vult een slotgracht met rivierwater. We dragen allemaal wel eens water naar zee, of niet?
Niet alleen voor mij, maar voor ons allen daarom een warme oproep tot meer collectief besef. Laat ons kiezen samen te werken aan een natuur die meer veerkrachtig is; gezonde natuur, dat kan evengoed. Zo ’n natuur biedt ons bescherming bij droogte. Denk bijvoorbeeld aan je buren en plant bomen in je tuin, denk wat meer aan de natuur en laat het water van je dak de tuin in stromen in plaats van richting riool. Besef ten volle dat de keuzes die ‘jij en wij’ maken bepalen hoe de wereld er rond ons uitziet, hoe kwetsbaar deze is en welke kwaliteit we mogen verwachten.
Droog stof tot nadenken. En ondertussen… doe ik nog een regendansje.
Deze appelaar zag ik gisteren, nee niet staan, maar liggen. Er zijn momenten dat natuur je omverblaast, dat je iets ziet dat buiten je begripsvermogen ligt. Verwondering slaat toe waar je het niet verwacht. Een appel aan een dode boom? Je houdt het niet voor mogelijk!