Mensen kunnen we eindeloos veel regels opleggen, maar natuur doet slechts dat waarin het goed is, en dat is leven. Daarnaast is natuur een (eco)systeem dat veerkrachtig en symbiotisch hoort te zijn. Dit zal altijd een feit blijven, ook in de stad van de toekomst.
Is dit alles verzoenbaar met een visie waarbij natuur louter wordt gezien als een bouwmateriaal, een ecologische parameter of een mensgerichte klimaattoepassing. Nee, niet volledig. Zulke visie, laat ons eerlijk zijn, leidt tot beknotting en heeft meer weg van ‘natuur in gevangenschap’ dan van een duurzame en eerlijke oplossing.
De aanname dat natuur – planten en dieren – statisch is in een urbane omgeving is een misrekening. Er bestaat altijd stadsevolutie.
Menno Schilthuizen
Gelukkig neemt of krijgt natuur vaak wel kansen, om te groeien, biodivers te woekeren. Het is immers daar waar de kracht van natuur schuilt en de stad van de toekomst leefbaar wordt. Er zijn daardoor onnoemelijk veel kansen bij het omvormen van bestaande dode steden naar steden van de toekomst met een nieuw soort waardevolle natuur, net als bij de bouw van nieuwe. Een belangrijke voorwaarde daarbij is technologie voldoende te scheiden van natuur. Betekent dat een taboe op ‘natuursystemen’ zoals hybrides, half organisme, half techniciteit? Niet noodzakelijk, er zijn meerdere mogelijkheden en kiezen is hier niet persé verliezen. Hoe meer ideeën en manieren van aanpak, hoe meer kansen om te komen tot een (bio)diverse stad van de toekomst, inclusief wilde, vrije tot zelfs gezonde natuur.
Graag zoem ik in op één mogelijke benadering met een korte denkoefening over hoe steden van de toekomst er straks kunnen uitzien, inclusief natuur. Leefbaarheid en gezondheid zullen straks immers hand in hand moeten gaan met een levende en soms zelfs wispelturige natuur. Dat is onvermijdelijk in de stad van de toekomst waar we meer vrijheid en ruimte geven aan blauw, groen en dieren.