Natuur, wat is dat?
Wat is echte natuur? Die vraag beantwoordt iedere levende ziel anders. Voor de ene is het summum van natuur een wild bos met wolven in, een tweede kiest voor struikgewas met 351 soorten planten in en een derde denkt bij natuur aan kleurrijk grasland vol bloemen of heide. Wat mij betreft is echte natuur een allegaartje van soorten, van micro-organismen in de grond tot hoge bomen, die kansen en plaats krijgen zich symbiotisch te ontplooien. Soms is dat op een akker, soms in een moeras of een rivier, soms in een doorsnee tuin. Hoe meer situaties, hoe meer kansen en hoe meer mogelijkheden en diversiteit. Als het maar bruist en kolkt van het organische leven. Misschien utopisch en wat kort door de bocht, maar zo denk ik er in alle eerlijkheid over. Konden de dieren praten of kenden we een manier om met planten te communiceren dan kregen we wellicht heel diverse, mogelijk zelfs vreemde, antwoorden en definities wat natuur betreft. Dat even terzijde; terug naar de orde van de dag, het stikstofdebacle is immers een ernstige zaak.
De hoop ligt bij de boeren
Je hoort het goed. Wie me kent schrikt zeer waarschijnlijk van deze uitspraak uit mijn mond. Toch is het mijn overtuiging. Dat ondanks het feit dat ik sinds mijn twaalf bewust geen ‘zoog’dieren meer eet, dat ik klaag wanneer er gebeerd wordt en dat ik de paniekkeur van dienst ben bij consumptie van niet biologisch of met gif bespoten voedsel.
Wat begrijp ik dan niet? Het zijn toch de boeren die varkens en koeien kweken, die uitrijden met mest, die kwistig granen en groenten besproeien met gewasbeschermingsmiddelen? Inderdaad, dat is zo. De reden dat het misloopt is in dit geval echter belangrijker dan de feiten. Waarom, omdat het eenvoudigweg wel had kunnen werken. De boeren treft geen schuld. De eerlijkheid gebiedt ons te erkennen dat de actuele ‘boerencrisis’ het gevolg is van decennia lang verkeerd beleid, van misplaatste verwachtingen en zelfs van ‘pesterijen’ naar de landbouwers toe.
De boeren die ik ken respecteren, meer dan menig natuurwerker, het leven en de soorten voor wie ze zich verantwoordelijk achten. We hebben het dan over mensen, de planten die gekweekt worden en de dieren op de boerderij. Misschien een krasse uitspraak die zeker onvoldoende genuanceerd is, maar zien we hier niet meer respect voor natuur dan bij de gemiddelde medewerker van een natuurvereniging? Kijken we naar de manier waarop sommige natuurgebieden beheerd worden, naar de eigengereidheid van bepaalde natuurbeschermers dan is deze stelling in vele opzichten spijtig genoeg een drieste waarheid.
Volgens mij is er geen weg naast, de boer is de meest solvabele en voor de hand liggende kandidaat om de wereld richting gezondere natuur te transformeren. Eén, het blijkt een noeste werker. Twee, hij heeft het juiste DNA om deze opdracht tot een goed einde te brengen. Drie, vanwaar komt de uitdrukking gezond boerenverstand denk je? Zeg nu zelf, we gaan toch geen economen, futurologen, ingenieurs, architecten, stedenbouwkundigen of natuurfanatici laten ‘knoeien’ met natuur? Na enkele decennia is er reeds aardig wat verkloot en dat is het gevolg van beleid door mensen met te weinig voeling voor natuur. Vier, wanneer de boer zowel uitvoerder als natuurbeschermer is dan zijn we tenminste zeker van een ‘professioneel’ resultaat. Nu valt natuurbeheer vaak onder de noemer ‘debielenwerk’. Ook die gasten werken graag met zware machines, maak je geen illusies.
Wie een put graaft voor een ander
Een moeilijk verhaal, dat wel. We zijn al even bezig om steeds een nieuwe kuil te graven om deze daarna met de grond die uit een volgende komt te dempen. Verder vallen we keer op keer in zo’n vers gegraven kuil. Wat een zootje, telkens opnieuw een fout maken in de hoop een vorige te herstellen. Dat komt wellicht omdat intellectuele denkers graag mathematisch ingrijpen. Ze benaderen de zaak eerder cijfermatig dan beroep te doen op hun ethische intuïtie. Cijfers bieden helaas geen inzicht. Om een goede analyse te maken heb je vooreerst alle informatie nodig en moet je bijkomend de dingen juist willen en kunnen interpreteren om het plaatje te zien.
Nee, enkel dat pad bewandelen is een heel slecht idee. De zuiver technologische wetenschap dat hebben we geprobeerd en zie waar het eindigt. Kunnen we dan eindelijk erkennen dat het zonder boerenkennis maar al te vaak faliekant afloopt?
Ere wie ere toekomt gezien de beproefde historische samenwerkingsverbanden met waardevolle natuur. Wie nog niet overtuigd is daag ik uit vrij te nemen om een landschap te bezoeken. Doe alsjeblieft de moeite om natuur te zien. Wie plaatste die kollossale oude eik daar in het veld denk je? Wie legde die gracht daar aan? Zulke zaken zie je maar door stil te staan bij de veelheid aan dieren en planten die in en naast de velden leven. Wie durft er dan nog te beweren dat boeren geen natuur creëren?
Start de dialoog
Laat ons beginnen met het her-respecteren van boeren. Wanneer we eerlijk zijn dan moeten we toegeven dat overexploitatie aan hen opgedrongen werd en dat ze ten gronde geen enkele schuld dragen. Bijkomend wordt een klimaat- noch stikstofcrisis uitsluitend of in wezen veroorzaakt door de landbouw. Die verantwoordelijkheid ligt bij de industrie, niet bij de boer. Het huidige economische model deugt niet en de grote vervuilers worden echt niet aangepakt. Zij ontspringen keer op keer de dans. Je moet maar durven; decennia lang anderen met het vingertje wijzen en de schuld vooral niet bij jezelf leggen.
Daar moet Mozes de mosterd dus niet halen. Zou het niet veel meer resultaat opleveren als we het aan de boeren overlaten, als we ze belonen in plaats van te bestraffen? Boeren zijn de evolutionaire ambassadeurs van natuurwelzijn, hoe je het ook draait of keert. Wie wordt er niet gelukkig van een mooi korenveld omlijnt met oude heggen naast een imposante eikendreef. Wie komt er niet spreekwoordelijk klaar bij een passage langs de prachtige fruitgaarden wanneer de Haspengouwse fruitbomen en -heggen in bloei staan.
Een boer als vriend van de natuur, een boer als hoeder van de natuur, dat hebben we nodig. Gedaan met ontwikkelingsdenken!
Geef de boeren een mandaat, plaats ze op een voetstuk
Zoals ik het zie, en ik ben gelukkig verre van alleen, is het hoog tijd om de boer opnieuw naar waarde te schatten. Met wat geluk is deze nog steeds bereid ons te gidsen bij de transformatie naar een biocentrische beschaving. Eentje waar wilde en menselijke natuur hand in hand gaan. Het moment is daar en we moeten nu maar eens stoppen met het uitsluitend denken in termen van natuurbehoud of streven naar geconcipieerde wilde natuur. Er is in een menselijke samenleving plaats voor meer dan één vorm van natuur en om dat te realiseren zijn er vele sterke handen nodig.
De energie die we als maatschappij steken in een contra-landbouwer-verhaal besteden we beter aan iets positiefs zoals het enthousiasmeren van het ‘volk’ voor een samenwerkings-verhaal. Dat is niet meer dan een wereld waarin we voor ruimte en middelen zorgen opdat boeren opnieuw verschillende vormen van natuurbeheer kunnen behartigen.
Want daarin ligt de hoop voor een ecosociale mensheid in een gezonde natuur. Zoals ik het zie schuilt de oplossing voor het stikstofdebacle in een klein hoekje. Plaats de boer op een voetstuk, zie hem als een partner in crime (richting een groenere wereld) en schenk hem het vertrouwen dat hij werkelijk verdient.